Castricum I – HWP Haarlem II 3-5 Op 30 november 2007 toog HWP in vier auto’s naar het dichtbij gelegen Castricum. Het gemiddelde aantal passagiers per auto bedroeg twee. De verwachte supporters, waaronder bijvoorbeeld de heer De Ruig, de heer Welling, de heer Tuijp, de heer Pancras Senior en zelfs co-teamleider de heer Lips ontbraken. Waar waren de heren Duchêne, Gijswijt, Merbis en Burggraaf? ‘Zeker allemaal Sinterklaasgedichten aan het schrijven’, opperden enkele teleurgestelde spelers van HWP Haarlem 2. Tien minuten later dan gepland, het wachten beu, vertrok de stoet om 10 minuten na achten te arriveren in de gezellige chaos van Castricum. Het deerde niet: het tweede won de lastige uitwedstrijd met 5-3.
De sympathieke heer Van Wonderen van de lokale vereniging verwelkomde ons hartelijk, maar maakte geen aanstalten de wedstrijd te laten beginnen. De drukte van de jeugd, twee bondsteams tegelijkertijd en het is toch erg moeilijk spelers voor het snelschaakkampioenschap van de NHSB te vinden. ‘Wie is de teamleider van het eerste?’, stelden wij, waarop gewezen werd op de heer Mossing Holsteyn die al achter de witte stukken van zijn bord zat te wachten op een tegenstander. ‘Och ja, dat moet ik ook regelen, heeft u een opstelling? Dank u.’ Tegen half negen kon de wedstrijd een aanvang nemen.
Wij waren niet gelukkig in de openingsfase. De heer Leinwand mompelde, toen onze winst al vormen begon aan te nemen, dat hij in eerste instantie dacht dat wij er met 6-2 in zouden gaan. Wat ging er dan mis in de openingsfase, zal de lezer denken en hoe kan het dat het tweede met 3-5 ging winnen. Nou vooruit, een kort verslag van beide feiten mag niet ontbreken.
Na een uurtje spelen had de heer De Jong weinig bereikt, waren de stellingen van de heren Hendriks, Gabriëls en Steenbergen iets minder, leek het er op dat de heer Beverdam minder stond en was de heer Pancras na aanvankelijk twee pionnen gewonnen te hebben om onduidelijke reden een stuk achtergeraakt (toren tegen twee lichte stukken). De heren Leinwand en Beerens stonden daarentegen prettig.
Na twee uur spelen kregen zowel de heer De Jong als de heer Pancras remise aangeboden. De heer De Jong twijfelde, zag met 15 zetten te spelen zijn bedenktijd slinken van 10 minuten naar 5 minuten en accepteerde uiteindelijk de remise: ‘Ik zag geen kansen meer voor me’, was zijn berustende commentaar. De heer Pancras krapte zich achter de oren, ‘ik sta toch verloren’, zag je hem denken. Voor de vorm liep de heer Pancras nog langs de overige borden. Nergens duidelijk en hij accepteerde de remise. In de analyse kwam inderdaad naar voren dat de zwartspeler (de heer Leeuwerik) veel te vroeg remise had aangeboden: twee lopers zijn veel sterker dan een toren.
In de analyseruimte kwam de tegenstander van de heer Beverdam binnengewandeld, een flesje bier in de hand. ‘Ik heb toch zo mooi gewonnen in 15 zetten’, vertelde hij zijn clubgenoten van Castricum 6 en 9. Die geloofden het niet en wilden het zien en met: ‘ja, zwart deed helemaal geen slechte zetten maar hij stond wel passief en daar profiteerde ik van’ boeide hij zijn toehoorders. In de slotstelling had wit een loper op h6 en een loper op g6. Beide lopers konden geslagen worden, maar op straffe van mat, dat ook bij andere zetten dreigde. De heer Beverdam liep die avond triest rond en was nog moeilijk op te beuren. Een begrijpelijke reactie.
De heer Steenbergen had een ingewikkelde partij en zijn oudere tegenstander speelde het lang vrij goed. Een onnauwkeurigheid van de brave man en de heer Steenbergen sloeg keihard toe. Dat moet HWP 2’s nieuwe mentaliteit worden (wij doelen op ‘keihard toeslaan’) en de heer Steenbergen is onze voorganger. De heer Hendriks wist in het eindspel met een pion minder en met veel trucjes niet te verliezen. De complimenten voor onze speler.
Daarmee stond het 2½-2½ en speelden voor ons nog de heren Leinwand, Gabriëls en Beerens. De heer Leinwand had een pion meer in een paard-lopereindspel, de heer Gabriëls stond voor de keuze rustig te blijven manoeuvreren en de heer Beerens stond inmiddels zeer sterk tegen mevrouw De Greef, die kan buigen op een elo rating van boven de 2000. Op dat moment kwam de heer Gabriëls vragen hoe het ervoor stond, waarop wij hem aangaven te consolideren. ‘Helaas’, gaf hij aan ‘een zet geleden ben ik een alles-of-niets-poging begonnen.’ Missen wij de heer Lips? Ja dus.
De heer Beerens won zijn partij op voortreffelijke wijze. Vooraf was hij zelf wel benieuwd geweest naar zijn eigen prestatie want hij was net teruggekomen uit Canada en als hij dit leest is hij alweer in de USA (of is het andersom?). Niettemin neem ik mijn pet af voor de heer Beerens: ‘well done!’.
Ondertussen streden de heren Leinwand en Gabriëls flink door. De heer Leinwand vond een heerlijke wending om het eindspel te beslissen, in het vervolg deed hij echter een mindere zet waarop tegenstander Van Wonderen (weer hij) er toch nog remise uit wist te sleuren. Desondanks een prima prestatie van onze man, al heeft hij daar een andere mening over.
De heer Gabriëls dan. Wat is hij toch sterk nu hij in externe wedstrijden heeft afgeleerd om in tijdnood te komen. Met wat krachtzetten kwam er druk op de koningsstelling van de tegenstander van de heer Gabriëls die uiteindelijk nog van alles offerde in de hoop op tegenkansen. Die tegenkansen kwamen niet en de digitale klok die tikte, nee, dat kan niet, de tijd op de digitale klok schreed voort en bij -0.00 werden de handen geschud en klonk er applaus voor de heer Gabriëls en voor heel HWP 2: zijn we dan eindelijk een volwassen 1e klasse NHSB-team geworden en de vier auto’s reden met gemiddeld twee vrolijke passagiers per auto weer naar huis.
Daar zeg je wat, Adrie. Waar waren de tientallen leden die iedere dinsdagavond op leven en dood spelen toen het eerste vorige week zaterdag in de soos streed om de laatste kans op promotie?