Die koploper was een van de vier VAS-teams op bezoek in het Denksportcentrum, en wel team nummer 3. Wij denken met zes teams wat voor te stellen, maar dan komt er een VAS 9 op bezoek, dat ons zesde eventjes inpakt. Maar K2 (net als K1) deed wat het geacht werd te doen, in misschien wel de sterkste opstelling ooit.
Want HWP zit, net als VAS, in de lift. En zo kan het dat het tweede aantrad met maar liefst vier spelers die vorig jaar hun sporen in het eerste verdienden, mede dankzij het initiatief en interventie van onze onvolprezen K1-teamleider, tevens extern wedstrijdleider, en ook nog webmaster. Wie durft daar nog nee tegen te zeggen? En de vier prominenten scoorden inderdaad keurig drie punten. De overige vier oud-gedienden, gestaald door hun K1-ervaring uit jeugdiger jaren, bleven niet achter en deden precies hetzelfde.
Toch weet je het natuurlijk nooit van tevoren, als je tegen een homogeen en grotendeels jeugdig team moet aantreden, met twee routiniers en zes twintigers. Laten we respectvol met de routiniers beginnen. Indra had aan bord een zwart tegen nestor Baarslag, die na een voorzichtig, hoe kan het ook anders, dubbelfianchetto, toch de aanval koos.
Wit heeft zojuist met g4 de loper teruggestuurd naar d7, een heel ongelukkige beslissing, om daarna met 26.Pd2 pion b3 te dekken. Nu slaat Indra toe met 26ā¦c4! en goede raad is duur. Wit krijgt geen aanval, ook niet als hij all-in gaat met g5 en Pe4, en er dreigt een inval op e2 of een vrijpion op b3. Wit panikeerde en koos met 27.Tf1? voor het laatste, maar verloor kansloos.
Subtieler ging het er aan toe bij Gijs, die eerst zijn openingsvoordeeltje kwijtspeelde en toen niet mocht klagen dat zwart in onderstaande stelling het actieve a5 achterwege liet, met goed spel.
Na 22ā¦Le6 23.Tab1 koos zwart het passieve 23ā¦a6. Daar kon Gijs wel wat mee, en na nog een dubieuze beslissing speelde wit voor twee resultaten.
Zwart staat voor een lastige keuze. Hebben we niet geleerd dat activiteit in een toreneindspel cruciaal is, zelfs als het wat materiaal kost? En dat elk toreneindspel remise is? Hoe het ook zij, zwart koos nu wel voor activiteit met 36ā¦Ta8, dirigeerde zijn toren naar b2, ten koste van pion b7. Activering van de koning zat er helaas niet in, en wit kon zijn plusje uitbouwen en verzilveren.
Hubrecht toonde zich tactisch alert. Wit heeft zojuist 17.b4 gespeeld, een zet die hij echt met a3 had moeten voorbereiden. Zwart kan dan activeren met f6 en we gaan schaken. Nu werd het een Schlugfest.
Uiteraard was Hubrecht er als de kippen bij: 17ā¦Lxb4 wint een pion, 18.Tc1 Dxa2+ nog een, en 19.Tc2 Lxc3+ nĆ³g Ć©Ć©n! Wit was murw gespeeld en verloor luttele zetten later nog de pion op e5, de toren op c2 en beide lopers. Dat hij tijdens deze slagzetten zwarts dame mocht inrekenen was bijzaak, Hubrecht won met overmacht.
Peters tegenstander speelde koffiehuisschaak. Dat wil zeggen, het vermoeden bestaat dat hij de opening ontleende aan Coffeehouse Repertoire van Gawain Jones, een diepgravend werkje over off-beat openingen, uitbundig geprezen door boekbespreker Sadler (five stars!) in New in Chess. Het idee is om in het Siciliaans lang te rokeren met een fianchettoloper op b2, en daarna natuurlijk in koffiehuisstijl aan te vallen. Peter liet fraai zien hoe je dit tegen kunt spelen tot hij werd verrast door wat we wel de zet van de dag kunnen noemen
Wit is zijn initiatief kwijtgeraakt en zowel de koning als Tg1 zijn kwetsbaar. Met nog een paar minuten bedenktijd vindt hij hier het verbluffende 20.Ld4! Peter had meer tijd, kon in de denktank tot rust komen en vervolgde met 20.exd4 21.Pxf4 Tc3. Nu kan wit met 22.Ld3 nog taai verdedigen, maar gaf alles weer weg na 22.Pe2?
Zoān buitenkansje is aan Peter wel besteed: 22ā¦Lxc2 23.Pxc3 Lxb3+ 24.Ka1 dxc3 en nu hangt zowel dame als toren. Na 25.Dg2 Dd4 26.Dg4 Dd2 was mat ook nog eens onvermijdelijk. Deze mooie zet had eigenlijk een beter lot verdiend. Als je eenmaal dit idee ziet, dan blijkt trouwens 20.Pd4!! nog sterker te zijn. Wit valt ook nog eens de loper op f5 aan, en na het logische 20ā¦Ld7 is er tijd voor 21.c4 en wit heeft zijn problemen opgelost.
De rest werd remise. En dat kunnen we het best professioneel noemen, gewoon een dikke overwinning veilig stellen.
Jan-Willem, opgeroepen om het tweede te assisteren, en dat voor zijn 100e verschijning in de KNSB voor HWP, kreeg nog wel een mooie stelling op het bord
Jan-Willem heeft zojuist 25.c5! gespeeld en toen hij na de doorbraak c6 twee verbonden vrijpionnen op a5 en b5 kreeg leek het pleit beslecht. Zijn tegenstander dacht daar anders over, organiseerde gevaarlijk tegenspel in het centrum, won de pion op a5 en stond zowaar wat beter. Koeltjes wikkelde JW toen af naar remise. Geen nul op de honderdste!
Remise grijpen toen het nodig was deed ook Rob. Hij leek nog slechter te staan dan Jan-Willem goed:
Rob speelt de enige kans op overleving: 26ā¦Pd5 met tegenaanval op de dame, en als wit nu het paard ruilt en met Pxc4 de pion pakt kan hij met Pe3 consolideren en heeft een pluspion bij betere stelling. Maar hij wikkelde anders af en Rob forceerde een toreneindspel, waarin de zwarte torens wel voldoende actief waren voor remise.
Jeroen en Jeroen speelden een redelijk evenwichtige partij, hoe kan het ook anders. Onze Jeroen was wat beter, en had opties de druk op te voeren
Een logisch plan is Lc3 (druk op e5) en Pc6 (dreigt inval op a7). Zwart stak hier een spaak in het wiel met 33ā¦c3! Had hij gespiekt bij Indra? De pointe is natuurlijk 34.bxc3 Tc4! 35.Pc6 Pdxe4
De belangrijke e4-pion is gevallen en d5 staat ook nog eens in. Nu kan Jeroen (de onze) zijn voordeeltje bestendigen met 36.Ta7 Dd6 (slaan op d5 gaat uiteraard niet) 36.Pe7+ Kh8 37.Lxe4 Pxe4 38.h5 maar het is lastig te beoordelen of het paard niet in de problemen komt. Jeroen koos voor het veilige 36.Pxe5 Dc7 maar hield te veel zwakke pionnen over om nog ergens voor te spelen.
Max, met wit, kwam goed uit de opening, en dat vond zijn tegenstander ook die met een blufzet de zaak op scherp zette
En inderdaad, Max werd van dat zenuwblokje in het centrum, wat zullen we zeggen, enigszins nerveus, en in plaats van āgewoonā op d5 te slaan of desnoods gezond Lg2 te spelen, verzon hij een even diepzinnig als ongezond plan, ingeleid met 16.a3?! Na 16ā¦Lb7 werd weer verzuimd op d5 te slaan en consequent maar slecht 17.b4 gespeeld. Zwart wist toen wel hoe hij moest slaan (17ā¦Pxc4) en even later keek Max beteuterd tegen de volgende stelling aan
Objectief gaat het wel, maar dit is wel een stelling om zenuwachtig van te worden. De zwartveldige loper kan niet spelen, er dreigt Tf8 met inval, of anders wel Df3. Max deed 20.Lh3 en mocht na 20ā¦Lxe4 21.Dxe6+ Dxe6 22.Lxe6 zowaar afwikkelen naar een complex eindspel, waarin hij met wat hulp duidelijk beter kwam te staan, met twee geweldig sterke lopers. Maar lopers zijn ook formidabele verdedigers, en toen er maar geen matnet kon worden gevlochten, forceerde zwart remise.
K2 blijft dus goed in de race, en mag de volgende ronde tegen de nieuwe koploper. Vier teams zijn duidelijk dominant en onderling hebben ze nog maar een wedstrijd afgewerkt, deze namelijk, waardoor het voorlopig spannend blijft. Dus Bestuur, K2 ligt op koers. Aan de andere kant, kan nu wel de vraag worden opgeworpen wat er terecht gaat komen van de nevendoelstelling van het verkleinen van de kloof tussen K1 en K2, nu het eerste na de faux pas tegen Groningen zichzelf heeft hervonden en brutaalweg de eerste plaats opeist. Maar binnen ons alwetend Bestuur is er vast iemand die daar een puntig antwoord op weet.
Gedetailleerde uitslagen
HWP Haarlem K2 (2072) | 6 – 2 | VAS K3 (2005) | |
---|---|---|---|
1 | ![]() | 1-0 | Ed Baarslag (1998) |
2 | ![]() | Ā½-Ā½ | Fabian Roshardt (2055) |
3 | ![]() | Ā½-Ā½ | Tom Berkelmans (2017) |
4 | ![]() | Ā½-Ā½ | Elco Hakvoort (2031) |
5 | ![]() | 1-0 | William Roolvink (1999) |
6 | ![]() | 1-0 | Jos ten Hacken (2029) |
7 | ![]() | 1-0 | Kasper Wiegers (1940) |
8 | ![]() | Ā½-Ā½ | Jeroen Goedhart (1971) |