Spring naar hoofd-inhoud Skip to page footer

Een dubbeltje op zijn kant

Bart Gijswijt | | HWP KNSB 1 | 2 reacties

Net zoals Ajax dit seizoen naar de eindstreep strompelt, zo heeft het eerste team zichzelf dankzij een moeizame 5,5-4,5 overwinning op rodelantaarndrager Max Euwe definitief veilig gespeeld, en de bezoekers uit Enschede een extra zetje in de richting van de tweede klasse KNSB gegeven. Met een gelijkspel hadden we weinig te mopperen gehad.

Teamleider Paul liet zich al vroeg excuseren, en dat bracht Richard in de verleiding om zich snel op te offeren in het teambelang. Zo moeten we zijn prestatie van de dag maar beschouwen, want een vreemde gewaarwording was het wel om Rini als eerste klaar te zien. Zijn openingsbehandeling was al niet om over naar huis te schrijven, maar het leed was nog te overzien als hij hier Thc1 had gespeeld:

In plaats daarvan speelde Rini zijn paard van f3 - zojuist daar geposteerd om grappen op d4 te verhinderen - naar d2, waarna Frank Kroeze geen moment nodig had om het dodelijke 1...Pxd4+ uit te voeren, waarna Rini nog minder tijd nodig had om op te geven.

Gelukkig maakte Bruno al vlot gelijk. Bruno is niet meer de Bruno van pakweg vijftien jaar geleden, waarschuwde hij voorafgaand de wedstrijd - vermoedelijk terecht en hij zal het zelf wel weten - maar tegen een jong talent bewees de ervaren rot dat hij het schaken nog niet verleerd is. In een traag op gang komende Konings-Indiër kreeg Bruno met wit alles wat zijn hartje begeerde, en kwam zwarts aanval nooit van de grond. Een routinematig puntje voor Bruno, als vanouds zouden we haast zeggen, en een leerzaam potje voor de zwartspeler.

Collin werd geconfronteerd met een staaltje huisvlijt van een invaller aan Enschedese zijde. Na een zet of tien had de zwartspeler zijn beginsaldo aan tijd aangevuld met vier minuten terwijl Collin al flink in de denktank moest. Nadeel voor zwart was wel dat hij een variant speelde die niet zo heel erg goed is, en Collin gewoon prima zetten speelde. Toch krijgt onze man maar een zesje voor de afronding, want hij liet een kans om zich onsterfelijk te maken jammerlijk liggen:

Zwart staat hier al ellendig, maar de waanzinnigheden die Collin soms aan zijn tegenstanders ontlokt (zie ook het vorige verslag) blijven opmerkelijk. Hier koos zwart masochistisch voor 14...g6?, wat hem na 15.Pxe7+ Dxe7 16.Dd4 Kg7 met een ellendige dubbelpenning opzadelde. Hoe fraai was het echter geweest als Collin zijn dame niet naar d4 maar f3 had gespeeld. Na 16.Df3 is ook 16...Kg7 verplicht:

en hier heeft wit het briljante 17.e5!, wat in alle varianten een stuk wint. Zoals het ging, kwam de winst echter ook nergens in gevaar.

De afwerking verliep bij Indra wel naar wens. Hij en zijn tegenstander volgden lange tijd een theoretische variant die eerder al eens door Caruana en Kramnik was beproefd, en die wit een klein voordeeltje in het eindspel belooft. Een remiseaanbod van de zwartspeler werd dan ook resoluut afgeslagen. Zonder overleg, dat wel, maar we zullen het Indra deze keer niet kwalijk nemen omdat hij in het vervolg overtuigend liet zien dat hij toch echt wel heel aardig kan schaken. Eerst creëerde hij een vrijpion, daarna werd de tegenstander langzaam maar zeker naar achteren gedrukt en een positionele blunder op zet 40 beslechtte het pleit definitief.

Bart haalde zet 40 niet eens in zijn zoveelste kansloze nul van het seizoen. Hij bleek helemaal niets geleerd te hebben van zijn laatste zwartpartij en koos doodleuk weer voor een variant waarin hij zijn loperpaar snel kwijt was. Toch speelde hij daarna alleszins acceptabel, maar tegenstander Rob Bertholee deed dat ook. Het meest effectief bleken diens mindere zetten, want daarmee verdampte zijn voordeel en gaf hij Bart hoop op meer dan een halfje - en dat staat dan weer garant voor het vakkundig om zeep helpen van de eigen stelling, aangezien dat optimisme weer eens volkomen misplaatst was. Bart zag het openen van een tweede front op de koningsvleugel schouderophalend aan; wat kan mij hier nu gebeuren, dacht hij; welnu, dat je binnen een paar zetten moet opgeven.

Ook Rob kwam vanuit de opening onder druk te staan, maar dat is hem meestal wel toevertrouwd. De zwarte stelling oogde ongemakkelijk met zwaar geschut op zijn koning gericht, maar Rob meende het allemaal onder controle te hebben en was een paar zetten voor het einde nog wel te spreken over zijn kansen. Dat veranderde abrupt toen hij de witte aanval een handje hielp door te ruilen op e5, waarna de witte pion aldaar de cruciale toegang tot f6 ontzegde aan het zwarte paard en de aanval meteen niet meer te stuiten was.

Gelukkig scoorde onze laatste ex-KC'er Maximiliaan wel een vol punt. Zijn partij leek op een logge scrum waar nauwelijks beweging in te krijgen was. Toch stond wit continu iets beter, en in tijdnood koos de zwartspeler voor een torenruil waarbij er één witte toren in het doosje verdween en twee zwarte, wat vrij voordelig uitpakte voor de witten. Het moet gezegd dat in het andere scenario wit een pion had gewonnen, wat vermoedelijk ook beslissend was geweest.

Jan-Willem zette zijn partij zoals te doen gebruikelijk avontuurlijk op, en leek met originele manoeuvres het betere van het spel te krijgen. Een zwarte dame en toren waagden zich op de helft van de tegenstander om onrust in het witte kamp te veroorzaken, maar toen ze werden weggejaagd bleek er onvoldoende slagkracht aanwezig en moesten de troepen zich ver, ver terugtrekken. Ze stuitten hierbij op de grenzen van het territorium, want hoe graag zou Jan-Willem zijn stukken nog verder teruggetrokken hebben naar een negende, tiende of misschien wel elfde rij. Maar nee, ze stonden vast op de achtste en konden geen kant op, terwijl de witten tergend langzaam terrein wonnen en op een goed moment zo ongeveer rij 1 t/m 6 van het bord volledig onder controle hadden. Respect voor Jan-Willem dat hij nog een uur tegen deze ruïne aan heeft zitten kijken voordat hij de vlag streek.

Dat waren al vier punten voor de bezoekers, en het vijfde leek in de maak bij Pieter. Die had zich heilig voorgenomen om een solide partij af te leveren, maar moest dat voornemen na een zet of 4 laten varen toen de witte opstelling hem kennelijk provoceerde tot acties die werkelijke iedere ongeschreven regel van het schaakspel tartten. Wit kreeg het centrum, een stelling en ook nog materiaal, en je hoefde geen engine te zijn om de stelling op +5 of meer te taxeren. Maar Pieter heeft wel voor hetere vuren gestaan en vocht zich ook nu terug in de partij. "Mooi gevonden ook, Ta5", oordeelde de naastgezeten Collin, maar dat bleek nu net weer een zet te zijn geweest die op slag had moeten verliezen. En passant kwam Pieter ook nog een moment gewonnen te staan, en zo bezien was remise door eeuwig schaak misschien nog wel een terechte uitslag.

Tot slot dan onze KlasBabak. Nog amper bekomen van de oorwassing tegen Caissa Eenhoorn kreeg hij van de coach zwart aan bord 1. Zo doe je dat kennelijk met gedeukt vertrouwen. En inderdaad: hoewel Babak opnieuw met nadeel uit de opening leek te komen, bleef hij nu beter overeind, en naarmate de partij vorderde bleek hij simpelweg de betere schaker. Nadat hij een kwaliteit had buitgemaakt wachtte een technische klus, maar geconcentreerd als altijd draaide Babak zijn hand daar niet voor om, en zo trok hij de teamoverwinning over de streep. De terugreis op de fiets - als we zijn futuristische voertuig tenminste zo mogen noemen - zal plezieriger zijn geweest dan een paar weken terug.

En zo staan we na ronde 9 op 8 punten met nog twee wedstrijden te gaan in het Denksportcentrum. Die gaan voor het team om des keizers baard, maar sommige spelers kunnen een paar goede partijen nog wel gebruiken.

Plaats nieuwe reactie

Reacties (2)